In de afgelopen 15 jaar is de wereldwijde productie van HVO (Hydrotreated Vegetable Oil) sterk gegroeid. Voor veel bedrijven is het inmiddels een haalbaar alternatief voor fossiele diesel geworden. Maar blijft die groei doorgaan en wordt HVO dé brandstof van de toekomst in het wegtransport? Of zit er een grens aan het groeipotentieel van deze hernieuwbare brandstof?
HVO – ook wel hernieuwbare diesel genoemd – is een biobrandstof die wordt geproduceerd uit reststromen zoals plantaardige oliën (bijvoorbeeld koolzaad-, raapzaad- en zonnebloemolie), dierlijke vetten, gebruikte frituurolie en agrarisch afval.
Chemisch gezien is HVO vrijwel identiek aan conventionele diesel, waardoor het volledig compatibel is met bestaande dieselvoertuigen en infrastructuur. Het kan in dieselmotoren worden gebruikt in mengsels tot 100%, zonder dat er aanpassingen aan de motor nodig zijn.
Dit betekent dat transporteurs diesel direct kunnen vervangen door HVO en daarmee meteen aanzienlijke CO₂-reducties kunnen realiseren — met minimale verstoring van hun bedrijfsvoering en zonder te hoeven investeren in nieuwe voertuigen of tankinfrastructuur. Bovendien kunnen HVO en diesel probleemloos door elkaar worden gebruikt.
Hoewel beide brandstoffen worden gemaakt van organisch materiaal, kan HVO worden geproduceerd uit een breder scala aan grondstoffen en is het minder gevoelig voor de kwaliteit daarvan. Hierdoor is HVO-productie minder afhankelijk van voedselgewassen, omdat ook afvalmateriaal kan worden gebruikt. In vergelijking met biodiesel verkleint dit de mogelijke negatieve impact op het milieu en de voedselproductie.
Een ander belangrijk verschil is de compatibiliteit met dieselmotoren. HVO is volledig compatibel en kan direct worden gebruikt als drop-in alternatief voor diesel, terwijl biodiesel slechts in beperkte mengverhoudingen kan worden toegepast, meestal tussen de 5 en 20%.
De directe uitstoot uit de uitlaat (tank-to-wheel) bij het gebruik van HVO is nul. Voor de levenscyclusuitstoot van de brandstof (well-to-wheel) hangt de CO₂-reductie af van de gebruikte grondstof. Bijvoorbeeld, als HVO wordt geproduceerd uit raapzaadolie, leidt dit tot ongeveer 25% minder CO₂-uitstoot vergeleken met diesel. Wordt HVO gemaakt van afvaloliën en vetten, dan kan de CO₂-uitstoot met tot wel 90% worden verminderd.
De gebruikte grondstof heeft ook een grote invloed op de bredere milieu- en sociale impact van HVO. Wanneer HVO wordt gemaakt van voedselgewassen, kan dit leiden tot directe concurrentie met voedselproductie en negatieve gevolgen hebben voor landgebruik en voedselprijzen. Het slechtste scenario is HVO dat wordt geproduceerd uit verse palmolie. Dit kan bijdragen aan ontbossing en verlies van biodiversiteit, en heeft mogelijk een CO₂-voetafdruk die tot drie keer hoger is dan die van fossiele diesel.
Om die reden is het belangrijk dat er volledige transparantie is over hoe een specifieke HVO-brandstof is geproduceerd en welke materialen daarvoor zijn gebruikt. Er zijn namelijk al beschuldigingen dat er stiekem niet-afvalstoffen en verse palmolie worden gebruikt bij de productie van HVO. Naar verwachting wordt HVO op basis van palmolie binnenkort verboden binnen de EU, als onderdeel van de geplande anti-ontbossingsverordening.
HVO is een relatief nieuwe brandstof waarvan de commerciële productie pas in 2007 op gang kwam. Sindsdien is de productie echter snel toegenomen. Tussen 2014 en 2023 is de wereldwijde productie bijna verdrievoudigd. In 2023 produceerden de Verenigde Staten jaarlijks 11 miljard liter HVO, in de EU werd 4 miljard liter geproduceerd, en in China 1,4 miljard liter.
HVO100 – een brandstof die voor 100% uit duurzame HVO bestaat – is inmiddels ruim beschikbaar in Scandinavië en de Benelux, en breidt zich uit in Duitsland. Het Italiaanse energiebedrijf ENI is een van de steeds grotere groep olieproducenten die hun olieraffinaderijen hebben omgebouwd voor HVO-productie. ENI distribueert momenteel zijn eigen merk HVO in Italië onder de naam HVOlution.
In de VS blijft Diamond Green Diesel groeien en uitbreiden, en is inmiddels de op één na grootste producent ter wereld (de grootste is Neste in Finland). Ondertussen hebben ook olieproducenten zoals Marathon, Phillips 66 en HollyFrontier een deel van hun olieraffinaderijen omgebouwd voor de productie van HVO. Naar schatting kan de HVO-productie in de VS tegen eind 2025 uitkomen boven de 22 miljard liter.
HVO is relatief duur om te produceren en kost doorgaans 10 tot 15% meer dan diesel. In markten waar HVO succesvol is, komt dat vooral door overheidssteun in de vorm van subsidies en stimuleringsmaatregelen. Die maken het prijsverschil met diesel kleiner en zorgen ervoor dat HVO financieel aantrekkelijker wordt voor bedrijven.
Het opschalen van de productie zal helpen om de kosten te verlagen, maar dit kan worden beperkt door een wereldwijd tekort aan duurzame grondstoffen. Zoals eerder genoemd, zijn afvaloliën en -vetten vanuit milieuperspectief de meest geschikte grondstoffen, maar de vraag daarnaar is inmiddels zeer hoog.
Volgens schattingen van het Internationaal Energieagentschap (IEA) zal de biobrandstofsector, als de huidige prognoses en productieontwikkelingen doorzetten, tegen 2027 te maken krijgen met een tekort aan beschikbare grondstoffen.
Dankzij de compatibiliteit met conventionele verbrandingsmotoren biedt HVO transporteurs mogelijk de eenvoudigste en snelste weg naar decarbonisatie. In tegenstelling tot elektrificatie of rijden op gas, vereist de overstap naar HVO geen extra investeringen in voertuigen of tankinfrastructuur — het is simpelweg een kwestie van HVO tanken in plaats van diesel.
Toch is de realiteit dat niet alle transporteurs eenvoudig toegang hebben tot betaalbare HVO. En doordat duurzame grondstoffen schaars zijn, kan de wereldwijde HVO-productie niet onbeperkt worden opgeschaald om aan de vraag van de sector te voldoen. Daarom is HVO alleen niet dé oplossing voor de klimaatuitdaging van de transportsector — en blijven op de lange termijn ook andere alternatieve brandstoffen noodzakelijk.
Toch biedt HVO nog steeds veel potentie. Voor sommige transporteurs kan het een langetermijnoplossing zijn, terwijl het voor anderen juist dient als een waardevolle transitiebrandstof. Hoe dan ook speelt HVO een belangrijke rol in het verduurzamen van de transportsector.