Hoe werkt Automatic Traction Control?
Sensoren op de achterwielen detecteren wanneer de truck tractie begint te verliezen. Dan wordt de aandrijving op alle wielen meteen geactiveerd. Een klauwkoppeling brengt het vermogen over naar de aangedreven vooras en de truck vervolgt zijn weg zonder verlies van koppel of snelheid. De aangedreven vooras blijft geactiveerd tot de chauffeur het gaspedaal loslaat.
Wanneer is Automatic Traction Control ingeschakeld?
Voor 4x4 is ATC altijd ingeschakeld. Voor 6x6, 8x6 en 10x6 is ATC alleen actief wanneer het sperdifferentieel tussen de achterassen is ingeschakeld. In beide gevallen is het mogelijk om de automatische functie in het menu van het instrumentenpaneel uit te schakelen. Voor trekkers wordt ATC uitgeschakeld wanneer er geen trailer is aangekoppeld, om ongewenst inschakelen te voorkomen op wegen met een goede grip vanwege het geringe gewicht achter in de truck. Voor AWD-trucks met EBS vervangt de ATC-functie de tractiecontrole en functie auto diff.
Wat is het voordeel van Automatic Traction Control?
ATC geeft een betere manoeuvreerbaarheid en een lager brandstofverbruik. ATC vereist geen interactie van de chauffeur – het werkt gewoon. Er is echter wel een schakelaar op het dashboard die de mogelijkheid biedt om de vooras handmatig in te schakelen of bij extreem zware omstandigheden alle sperdifferentiëlen te activeren.